Borstvoeding wordt ten stelligste aangeraden tot zes maanden na de geboorte, maar zelden wordt deze aanbeveling ook gehaald. Tijdens de eerste levensmaand is het risico het grootst dat de borstvoeding misloopt.
In de helft van de gevallen rapporteren de moeders (biomechanische) problemen zoals moeilijkheden bij zuigen, slikken en het algemene comfort voor moeder en kind. Wetenschappelijke literatuur over biomechanische zuigproblematiek en osteopathie is schaars, maar daaruit zou blijken dat craniale dysfuncties en restricties van craniale suturen met hun effect op de zenuwen, betrokken zijn bij het zuigproces.
In deze gerandomiseerde controlestudie werden zevenennegentig moeder-kind koppels ingedeeld in twee groepen. Beide groepen werden begeleid door een lactatiedeskundige. De ene groep werd daarnaast ook osteopathisch behandeld, de andere niet. Osteopathisch onderzoek van de baby’s toonde bij iedere zuigeling craniale dysfuncties aan, waarvan 97% een occipitaal compressieletsel.
De resultaten van deze studie suggereren dat een osteopathische behandeling gekoppeld aan de begeleiding van een lactatiedeskundige effectief is in het reduceren van biomechanische zuigproblematiek. Onder het “osteopathisch behandelen” verstaat men hoofdzakelijk het vrijmaken van het occiput en zijn weke delen (suboccipitale musculatuur, de occipito-temporale sutuur) zodat het hoofdje een betere range of motion heeft en de nervus hypoglossus (essentieel voor tongbewegingen) een ongehinderd verloop. Moeders ervoeren nadien niet alleen een betere manier van zuigen, maar ook een groter persoonlijk comfort tijdens het voeden.
Originele titel: Efficacy of an Ostepathic treatment coupled with lactation consultations for infants biomechanical sucking difficulties: A Randomized controlled trial.
Auteur: Juliette Herzhaft-Le Roy, MD, DO, IBCLC 1,2 , Marianne Xhignesse, MD, MSc 2, and Isabelle Gaboury, PhD.
Verschenen in: Journal of Human Lactation.
Klik hier om meer informatie te krijgen en voor het maken van een afspraak.